Elf jaar geleden is het maar liefst, de laatste keer dat Rico en Sticks gezamenlijk een plaat vol rapten. Toen kwamen ze met Eigen Wereld op de proppen, een klassieker van het formaat waarvan we er maar weinig gehoord hebben in lage landen. Dat was nog onder de naam Opgezwolle, een formatie die niet meer bestaat sinds Delic zijn interesse in het beats maken verloren is. “McDougal en Uiterwijk”, zoals Rico naar zichzelf en Sticks refereert op hun nieuwe plaat IZM, zijn echter altijd actief gebleven als muzikant. Net als Kubus, met wie de samenwerking ook al teruggaat tot die tijd dat hiphopminnend Nederland massaal Buitenwesten ging. Met zijn drieën droppen zij vandaag veertien verse tracks, en HIJS ging met het hen zitten om te kijken hoe die tot stand gekomen zijn. Rico: “Ik word helemaal blij als we het hierover hebben”
‘Houd je haar netjes en je sneakers fris’, hoor je Sticks herhaaldelijk zeggen als hook van de track. Oplettende luisteraars hebben dat vorig jaar misschien al voorbij horen komen. “Dat had ik eruit geknipt en gebruikt in die Ziggo Dome set. Daar is het eigenlijk uit ontstaan”, zo legt Kubus het idee uit het als refrein te gebruiken. Dat het grondwerk voor de track er toen al lag komt doordat het één van de eerste tracks uit de sessies voor het album is. “We hadden al een paar tracks eerder gemaakt, maar Sneakers Fris was echt zoiets van…” zegt Rico, alvorens hij even nadenkt. “Hier kunnen we wel op verder borduren. We hadden meteen zoiets van ‘wow’.” “Dat was een wat oudere beat, een loopie eigenlijk”, vertelt Kubus. “Zij hoorden dat en reageerde van ‘hé, vet’ en toen ben ik dat een beetje gaan knippen.” De track die uiteindelijk voor de creatieve kickstart van het project zorgde is dan ook een logische opener voor de plaat.
“Je hebt van die momenten dat je de plaat weer objectief kan luisteren”, blikt Rico terug. “Toen ging ik heel hard op deze. Ik zat in de auto en dacht van ‘whoa, wat een track jongen!’” Hij doet enthousiast de beat na, waarop Kubus meteen een tipje van de sluier oplicht waarom die snare zo opvallend hard klinkt: “het is geen snare, het is een synth.” “Ik ben ook best wel tevreden over mijn verse. Er zit een heel lekker cadans in die goed past op die beat”, beseft Rico, waarop hij een stuk van zijn verse begint te rappen. “Ik maak veel ter plekke”, vertelt Kubus. “Ik loop veel te freaken met synthesizers. Die drums komen gewoon uit een synthesizer, daarom hoor je ook die rare artifacts erin, die roffeltjes enzo. Dat is niet zozeer zo gedaan, dat gebeurt gewoon.”
“Het was op een dag —toen waren jullie er niet— en ik was in Cubase dingetjes aan het zoeken, en dat heb ik op een disk gegooid”, herinnert Kubus zich. “Helemaal niet zo van, dit wordt een track of zo, ik liep daar gewoon doorheen en jullie hadden zoiets van ‘whoa, die sound!’” Rico begint direct de beat te imiteren. “Ja, die klapt er heel hard in”, reageert Kubus, “dus toen dacht ik, laat ik hier maar een beat van maken.” Het “freaken met synths” van Kubus pakte opnieuw vruchtbaar uit: “Die trommels, dat lijkt net een marimba, maar het is een modulaire synth.”
“IZM & Fakkels was een track die tegen het einde van avond klaar was, zo’n 12 uur”, vertelt Rico. “En toen gingen we luisteren, deden we onze jas aan. Uiteindelijk vertrokken we pas om drie uur omdat we steeds die track bleven draaien.” “En ook echt allemaal verrot”, vult Kubus hem aan, “want we hebben gewoon een ritme. Normaal gesproken liggen wij om 12 uur in bed.” Ze konden hun enthousiasme echter niet bedwingen en bleven de track tot ver in de nacht draaien.
“Mooi nummer”, meldt Sticks trots, zoals hij bij elke track van het album doet wanneer deze ter sprake komt. Net als op veel tracks van de plaat droppen Rico en Sticks ook hier geen strak afgekaderde zestien bars de man, maar geven ze verses aan elkaar door op een manier die laat horen hoe goed het duo op elkaar is ingespeeld. “Het is wel de chemie tussen ons, dat we elkaar daarin aanvullen de hele tijd. Dat is wel op heel de plaat naar voren gekomen”, vindt ook Rico. “En Kubus, die ook heel los werkt, past daar gewoon heel goed bij. Het ging allemaal vanzelf.”
De manier waarop Sticks Rico’s flow oppakte, zorgde in deze track wel voor een verrassing. “Sticks kwam in één keer door, en ik dacht hij gaat door op die flow”, vertelt hij. Met zijn openingszin “Iedereen is in verwarring” doet hij dat ook, om het vervolgens op hilarische wijze als een baksteen te laten vallen met de woorden “Nou en. Ik kom gewoon weer rappen dat ik lauw ben.” Geen van drieën kunnen ze een lach onderdrukken wanneer ze het moment van die opname weer boven halen. Rico herinnert zich proestend zijn eerste reactie: “Fuck, ik ga naar huis!”
“Jullie zaten in de woonkamer. Ik zat een beetje met een modulair te pielen, en op een gegeven moment komt er een beat uit waarvan Freez zegt, ‘hé die sound is vet man’” vertelt Kubus. “Jullie waren effe eten en toen ben ik daar ter plekke een beat gaan maken. En vaak als ik niks hoor terwijl zij aan het schrijven zijn, dan is het goed.”
“Het was muisstil”, beaamt Rico. “We wisten alledrie niet wat we schreven op die beat, we hadden niks van tevoren besproken of zo. Maar het verband zit er wel, echt een track waarbij de verses precies op elkaar passen.” Thematisch hebben Rico, Sticks en Freez het inderdaad alledrie over hoe het leven verandert wanneer je ouder wordt en meer verantwoordelijkheden krijgt. In de leerweg om daarmee merk je al snel: “Sommige dingen gaan goed, sommige lukken niet / Da’s de good, de bad, de uggelie”
“Niet dat je denkt dat we dat stuk ook los van elkaar zo schreven”, merkt Sticks op over hoe ze elk in de finale van hun verse naar dat refrein toe werken. “Dat hebben we natuurlijk later toegevoegd.”
“Hij kwam met het concept”, vertelt Sticks over zijn partner-in-rhyme. “Een pinguïn is natuurlijk een heel mooie metafoor; je hebt heel veel mensen die niet alles uit het leven halen, en als je een vogel bent die nooit vliegt, dan haal je er niet alles uit.” Die metafoor wordt door Rico heel zijn verse doorgetrokken. “Je kan alleen maar waggelen, je zal never leren dansen”, rapt hij nadat hij zichzelf een orka noemt. Ook wanneer er in de verse van Sticks niet over de fauna van de zuidpool gesproken wordt, sluit de beeldspraak op het concept aan. Zo rapt hij “een hele diepe lijn over sneeuw, bijna filosofisch”, en sluit hij zijn verse af met “pinguins zoeken verbinding met elkander / soort zoekt soort, ik ben op zoek naar wat anders”. Sticks verduidelijkt het concept nog eens: “Dat geldt dus ook voor die mensen. Spreid je vleugels uit. Ga iets doen.”
Een feest der herkenning voor de oude heads, deze parade aan referenties naar allerlei beroemde raps uit de muziekhistorie. “Kubus dropte die beat met een old school vibe, dan krijg je dat al snel”, zegt Sticks. “En Rico deed die Slick Rick-referentie in zijn eerste verse, ik heb dat gewoon gevolgd.” Voor twee veteranen zoals zij ging de rest vanzelf.
Opvallend is bovendien dat Rico, wanneer hij rapt over zijn stem op de Piratenpartij en zorgen om privacyschending, een thema aanhaalt waarover hij niet alleen op deze plaat vaker spreekt, maar ook al op Elektro Stress, een track van Eigen Wereld. “Tien jaar geleden plakten vrienden om mij heen hun webcam af en werden ze voor gek verklaard. Vijf jaar later is dat allemaal gaande.” Legt hij uit. “Je hebt een voorgevoel erbij, dat niet goed is, en dat moet je gewoon volgen. Dan plak je dat af. Ook als heel de buitenwereld zegt ‘wat is dat voor bullshit, wie gaat er nou zijn webcam afplakken? Denk je nou echt dat ze naar binnen kunnen kijken?’ Dat voorgevoel blijf ik altijd wel houden met het hele online gebeuren.” “Je hebt het idee dat een digitaal oog je aan zit te staren”, vult Kubus hem aan. “Alles wat je doet wordt opgeslagen”, vervolgt Rico. “Als ik natuurfilms kijk ’s avonds, vind ik dat niet leuk.”
“Stress ’m niet, dat zou zonde zijn / zonde van de tijd en de zon die schijnt” hoor je Rico op track rappen, in een verse waarin hij zijn zegeningen telt en afstand neemt van overdadig materialisme. Behalve zijn pak shag heeft hij weinig bezittingen echt nodig. “Ben niet moeilijk te vinden, ga graag in gesprek / maar nooit met de joker van de kaart uit het dek” rapt Sticks vervolgens op één van de meest ademende en ruimtelijke beats die er uit de koker van Kubus gekomen is. Aan het einde van de track neemt het tempo ineens toe en wisselen Rico en Sticks zinnen uit over waar ze desalniettemin toch over stressen. “Dit is vooral ook een waarschuwing aan onszelf; niet dingen overdenken”, aldus Sticks.
“Ja, dat is wel een grappig verhaal”, zegt Sticks wanneer de track met de opvallende kippen-sample ter sprake komt. “We waren een andere track op aan het nemen, die heeft het album niet gehaald”, legt Kubus uit. Sticks: “En Rico deed een fokkop met zijn line. Toen riep hij ‘fokkop!’ op zo’n toon, dat leek net een kip.” Kubus zocht in een geluidsbibliotheek naar een sample van een kakelende kip die er naadloos op paste. “Dat duurde ongeveer drie minuten, zo gevonden.” De track waar de heren toen aan werkten werd gelaten voor wat het was, en een nieuw concept was geboren; een track over van alles dat “f-f-fokkóóóp” is.
De titel van het album is veelomvattend. Allerlei ‘ismes’, van realisme tot idealisme en alles dat ertussen zit, vallen eronder. In de titeltrack is het tegelijk een homoniem voor de woorden “is ‘m”, als in “dit is ‘m”. Maar terwijl je er allerlei filosofische ideeën op loslaten kunt, wil Sticks ook zeker de derde betekenis niet onbenoemd laten: “het is slang voor heel sterke wiet hè, spark mad izm!” De track is er dan vooral ook een waarin Ri en Sticks behoorlijk wat associatieve flow-technische stunts uithalen. Maar zij zijn niet de enige met moves. Naast Sneakers Fris en Nou En is het dankzij de zin “In Zwollywood, waar Kupie ollies doet” de derde track waarin Sticks verwijst naar Kubus zijn capaciteiten op een skateboard. “Er zitten allemaal van dat soort inside jokes in”, vertelt Sticks. “Wat ook weergeeft dat we gewoon heel veel plezier hadden.”
De toevoeging aan de tracknaam die tussen haakjes staat zal bij velen geen belletje doen rinkelen. “Dat is de naam van een ander project waar ik eigenlijk ooit nog iets mee wil doen”, zegt Kubus, al is het nu vooral nog een persoonlijk ding voortgekomen uit terugkerende avonden met musicerende vrienden bij hem thuis. “Avondjes waarbij we nummers maken in gebrekkig Duits”, zo verklaart hij. Er is dus geen originele versie van We zijn hier niet zonder de ‘remix’ toevoeging, maar wel een ‘Wir sind hier nicht’ van Kubus en Rico, of beter gezegd ‘Kapuzenpulli’. Deze track werd vervolgens geboren als een Nederlandstalige cover daarvan. Sticks: “Ik deed daar niet aan mee, maar we moesten wel naar die oorsprong verwijzen.”
“Die titel hadden we al, en toen hebben we daar het concept op geschreven”, aldus Sticks. Door slechts twee klinkers te wijzigen krijgt de albumtitel van Typhoon’s Lobi Da Basi (liefde is de baas) ineens een heel andere betekenis (libido is de baas), en lag er een duidelijk kader voor de track. “Rico heeft het over libido en ik over de eerste keer, dat je loopt te kloten en je condoom niet omkrijgt en van de spanning al klaarkomt voor er iets gebeurd is. Dat vonden we allemaal heel grappig” vertelt Sticks. “Je gaat achter aangeschoten wild aan, en je bent aangeschoten en wild.”
“Dit is eigenlijk de track waarbij het gewoon ouderwets om keihard rappen gaat; gewoon gaan”, vat Sticks samen. De bars in de track worden steeds afgewisseld met een aanmoediging van de andere rappers op de track: “wat nog meer?” “Dat is ontstaan tijdens de Great Minds concerten”, blikt Sticks terug. “Toen deed Jiggy een verse waarbij Winne en ik steeds riepen ‘wat nog meer’, en dan bleef hij maar gaan. Dat hebben we voor deze track gepakt.” Vooral Freez floreerde volgens hem in dat format: “Die verse van Freez is één van de sterkte op de hele plaat, die van ons meegerekend”, vindt Sticks.
Tijdens de opnames heeft hij het met Rico en Kubus het uiteraard over featurings gehad, maar ze waren snel uit over die richting. “Er zijn veel van mensen waar je wel wat mee op zou willen nemen, maar al vrij snel bleek dat het gewoon ons verhaal is en dat we genoeg zelf te lullen hadden. Als er iemand bij moest dan is het Freez, omdat hij onderdeel is van ons verhaal, of Ty of zo.” Kubus is het daarmee eens: “We wilden het gewoon in de familie houden.”
“Het einde van de plaat. Ja, dan kakt het in hè. Dat zeiden we, en het werd een soort beatbox ding. We vonden het wel leuk om met die skit te eindigen”, besluit Sticks. Dat de plaat met veel lol gemaakt is, wordt onderstreept door de lach waar deze zo mee eindigt.
IZM is vanaf vandaag te streamen bij alle grote streamingdiensten. Een fysieke release volgt later dit jaar.