Als vervolg op de eerder verschenen tapes Knock Knock en Knock Knock II verscheen op 10 juni het debuutalbum Knock Knock III van Cho. De jonge rapper uit de Bijlmer, geboren als Giovanni Rustenberg, is al sinds 2014 bekend bij het grote publiek met hits als ’93, Workshop en Misschien Wel Hè‘. Hij wil niet alleen bekend staan als ’die rapper van dat ene hitje’ dus geeft hij op dit album meer inzicht in zijn leven en vertelt hij over wat bepaalde gebeurtenissen teweeg hebben gebracht. Waar hij in het verleden al heeft samengewerkt met namen als Adje, Lil’ Kleine, Sjaak en Bokoesam heeft hij op dit album een paar samenwerkingen die je niet zou verwachten, maar die desalniettemin goed uitpakken. We gingen in het Amsterdamse Quartier Putain met Cho in gesprek.
Cho valt met de deur in huis op KK3: Top Notch wilde tracks van m’n album want ze dachten dat ik niks deed, ze dachten ik was bezig met een mixtape. Zijn laatste tape verscheen in 2013, dus je zou kunnen denken dat het label er wat vaart achter wilde zetten. Het album was al lang geleden aangekondigd door Cho, waardoor Kees benieuwd was wanneer het zou komen. Door het succes van Misschien Wel Hè heeft het heel lang geduurd voordat de plaat eindelijk klaar was. Veel optredens, het succes en het vaderschap hebben voor veranderingen en natuurlijk voor groei gezorgd in het leven van de rapper: “Er waren zo veel dingen om van te leren voordat ik de studio weer in ging.”
“Ik heb een jaar lang veel shows gedaan en veel gereisd, dus het is nu pas voor het echie.”
Het verschil tussen KK I, II en III zit hem volgens Cho zelf vooral in de kwaliteit van de tracks. “KK I was vooral een tape om te bewijzen aan Adje en Streetknowledge hoe goed ik wel niet was. Voor de tweede ben ik met Spanker zeven maanden de studio ingedoken. Het was eigenlijk een album, maar omdat je het gratis weggeeft, wordt het een mixtape genoemd. Knock Knock III is de eerste release van Cho waar je voor moet betalen.” Op het album is voor het eerst in detail het verhaal van de rapper te horen. “Mijn doel met het album is om emoties los te maken bij mensen, of het nou positief of negatief is.”
Hoewel Cho al sinds 2014 bekend is bij het grote publiek, ziet hij Knock Knock III zelf nog steeds als een zijn introductie in de rapgame. “Ik heb het eens een keer voor de grap gezegd in een nummer, Knock Knock it’s me though, en dat heb ik er altijd in gehouden. Dit album voelt voor mij als een vervolg op mijn eerste twee projecten. Het is daarbij voor de luisteraars ook goed om het proces te horen door de tapes heen, net als bij The Carter-serie van Lil’ Wayne. Zie het als een soort van tijdlijn. Het verhaal van Cho gaat nu pas echt verteld worden. Ik heb een jaar lang veel shows gedaan en veel gereisd, dus het is nu pas voor het echie.” Ondanks dat Cho in een track zegt dat hij over 20 jaar met Knock Knock 12 komt, zal de volgende plaat geen vervolg zijn op de KK-serie. “Na het album is er geen reden meer om ‘Knock Knock’ te zeggen en wordt het tijd voor een andere titel.”
“Door de successen die we samen hebben gehad blijven Spanker en ik elkaar inspireren om nieuwe muziek te maken.”
In het nummer Overdosis zegt Cho Ik heb het veel met Spanker, en dit komt niet als verassing. Spanker heeft namelijk hits als Misschien Wel Hè en Workshop geproduceerd. Al sinds de tijd van KK II zijn de twee close. Ze waren echter niet meteen dikke vrienden: Een paar jaar geleden zaten ze samen in de studio van Streetknowledge en zo werden ze ‘gedwongen’ om met elkaar samen te werken. “Er was eigenlijk helemaal geen klik. We zijn beide geen praters, allebei zijn we een beetje observerend. We zeiden niet veel, maar als we gewoon muziek gingen maken ging de communicatie wel soepel. Toen gingen we op een gegeven moment zo lekker dat we elk weekend samen kwamen om te werken en toen werden we ook echt vrienden. Het is ook niet zo stil meer nu tussen ons, hahaha!”
Cho en Spanker zijn er de types niet naar om mee te doen met anderen. Cho ziet henzelf als degenen die creëren en vernieuwen. “Spanker is belangrijk geweest voor mijn groei en mijn succes en door de successen die we samen hebben geboekt, blijven we elkaar ook inspireren om nieuwe muziek te maken.” Naast Cho is Spanker dan ook de belangrijkste spin in het web. “Hij heeft op enkele nummers na alles geproduceerd en ook het afronden van de plaat werd door hem gedaan.”
Op de track Kan Het Niet Geloven met Hef komt de line I want to be some motivation for the hood voorbij en in de track Jilla, waarop Josylivio meedoet, heeft Cho het over jongens in de wijk die foute dingen doen en dan in de bak belanden. Cho ziet zichzelf niet als ‘hood rapper’, maar wel als een product van de Bijlmer. “Ik weet wel heel goed waar ik vandaan kom. Ik kom daar ook altijd weer terug. Ik heb dingen gezien en ik heb genoeg verhalen om te vertellen over de mensen van de Bims.” Hij wil ook wel proberen om dingen te doen voor de wijk, eerder gaf hij al aan dat hij bijvoorbeeld workshops wilde organiseren voor de jongeren. Er is echter wel een angst om te veel hooi op zijn vork te nemen, op het moment dat je je gaat bemoeien met de Bijlmer gaat alles nog zwaarder wegen. “Ik weet hoe de jeugd naar mij kijkt in de Bijlmer, en ik kan het niet wagen om niks terug te doen.” Er is dus wel een plan om wat situaties te veranderen in de achterbuurt, maar er is geen ambitie om de Martin Luther King van Amsterdam te worden.
“Ik weet hoe de jeugd naar mij kijkt in de Bijlmer, en ik kan het niet wagen om niks terug te doen.”
De track met Josylvio is een van de hardste tracks van het album. “Ik was met Adje bij een mattie van me, we waren een beetje YouTube aan het checken en toen kwam Josylvio voorbij. Ik kende hem eigenlijk niet, maar ik vond zijn stijl zo hard dat ik hem op mijn album wilde hebben.” Het werd een bijdrage op de track Jilla. “Eigenlijk had Hef een verse op die track, maar hij belde twee weken daarna dat hij een verse op een ander nummer wilde doen.” Zodoende kwam de verse van Hef op Kan Het Niet Geloven terecht en mocht Josylvio zijn plaats op Jilla innemen.
Op de track SNM komt Cho opvallend met een Engelse verse. “Mijn stijl en mijn stem zijn niet Nederlands, alleen de taal is dat. De beat heeft ook een UK-sound, dus ik wilde het gewoon eens proberen. Ik wilde ook altijd al wat grime maken.” Cho’s manager (Brahim Fouradi, red.) werkt in Londen en zo is het ook makkelijker om daar contact te leggen. “Er is zelfs een mogelijke samenwerking met een Engelse rapper op komst”, vertelt de rapper, maar een concrete naam wordt nog geheim gehouden. Wel wordt er een kleine hint gegeven: “Kijk waar ‘SNM’ (Say No More) vandaan komt en je kan zelf uitvogelen met wie de mogelijke collabo wordt uitgevoerd.” Blijft het bij een Europese uitbreiding of zal er ook een intercontinentale samenwerking komen met rappers uit de VS? “Ik moet nog veel oefenen, ik erger me nog aan bepaalde dingen. Ik ben ook nog niet zo veel in die taal bezig. Maar zodra het klinkt zoals het zou moeten klinken, wie weet…”
Een andere verrassende bijdrage aan KK III komt van Rotterdammer Winne. De oude generatie met de nieuwe generatie. “Ik kwam hem eens tegen backstage en toen zijn we uiteindelijk gewoon gaan praten. Ik stuurde hem Amen en December op en toen heeft hij een verse op beide gedaan. Hij hoort voor mij bij de top van de rapscene, het is niet zomaar iemand, het is wel Winne! Ik denk zelf dat die collabo de grootste verassing is van het album.” Het is geen toeval dat Winne juist op deze tracks te horen is volgens Cho. De muziek van Winne is altijd al wat volwassener en wijzer geweest dan die van de meeste anderen. “Ik hoorde Winne al gewoon een verse spitten op deze.”
“Cho is niet meer als vroeger, ja sukkel een nieuw publiek,” zegt Cho op Rapshit. Waar hij eerst met ander geluid kwam, zijn er na de hits veel meer volgers gekomen. “Sommigen willen dat ik bezig blijf met hitjes maken en de anderen willen weer dat ik met diepere dingen kom. Met KK III hoop ik beide doelgroepen te kunnen pleasen.” Door stappen te maken in het Engels zou er in de toekomst weer een uitbreiding van het bereikte publiek kunnen komen in de vorm van buitenlandse luisteraars.
“Je wilt te allen tijde een gevoel los maken bij mensen en een discussie is misschien wel interessanter dan een enkele emotie.”
Chavelli 20, is een vervolg op het nummer Ze Is Alleen van KK II. Het is volgens de rapper misschien wel het meest besproken nummer van KK II. Er zijn genoeg meisjes als Chavelli in de wereld en Cho vond het belangrijk om een nummer voor hen te maken. Het nummer is dit keer kort gehouden om zo ook de vraag naar een nieuwe Chavelli in leven te houden. Bij de comments op YouTube ontstond een hele discussie. Sommigen claimen Chavelli te kennen en anderen zeggen dat ze verzonnen is. Cho geniet ervan. “Je wilt te allen tijde een gevoel los maken bij mensen en een discussie is misschien wel interessanter dan een enkele emotie. Hoe tof is het dat je met rappen zoiets kan ontsteken?!”
Het nummer Stan van Eminem is de inspiratiebron geweest voor deze track. In het nummer ’93 hoor je de line Ik nakte geld van me moeder om cd’s te kopen vroeger“, waarmee Cho doelt op The Marshall Mathers LP. Sindsdien wilde hij eens een verhalend nummer schrijven met een persoon in de hoofdrol, net als Eminem. Vanwege zijn humor, stijl, techniek en het verhalend vertellen staat Eminem in Cho’s top vijf van rappers. Een ode aan ‘The Real Slim Shady’ dus.
Het einde van het KK III bestaat uit een nummer van een paar minuten met daarna een monoloog over hoe Cho in de rapscene terecht is gekomen. Het totaal neemt meer dan zeventien minuten in beslag, dus je hoeft er geen biografie meer op te raadplegen. In ’93 haalde Cho de zelfdoding van zijn grootmoeder aan en op deze track gaat hij dieper in op die gebeurtenis. “Ik gaf toen ook al eigenlijk een knipoog naar KK III en het uitgebreide verhaal van mijn oma.” Vandaar dus ook de vraag van Top Notch wanneer eindelijk dat album zou komen. Na een aanloop van jaren is dat album dan eindelijk daar.
Streamen doe je hier: